Het aantal verzoeken voor beschermingsbewind is de afgelopen tijd fors gestegen tot ruim 25.000 per jaar.
De oorzaken zijn de vergrijzing, de complexiteit van de maatschappij, mensen met psychosociale problemen, een economische recessie en langere wachttijden bij de schuldhulpverlening.
Ook de verlaging van de meerderjarigheidsgrens naar 18 jaar is hieraan debet.
Per januari 2014 is de Wet van 16 oktober 2013 tot wijziging curatele, beschermingsbewind en mentorschap in werking getreden (Staatsblad 2013,414).
Welke gevolgen heeft deze wetswijziging voor de praktijk van het beschermingsbewind?
Heeft u vragen omtrent curatele of bewindvoering, laat u dan deskundig adviseren door een advocaat omtrent onder andere:
Wijzigingen in taak en bevoegdheden van de beschermingsbewindvoerder.
- De rol van de Kantonrechter bij een beschermingsbewind.
- De bevoegdheid van het College van B & W om instelling en opheffing van een schuldbewind te verzoeken.
- Hoe verhoudt zich het schuldenbewind uit de nieuwe wet tot de minnelijke schuldhulp.
- Welke kwaliteitseisen zullen bij afzonderlijk besluit van de Staatssecretaris worden gesteld aan beschermingsbewindvoerders.
- De schuldeiser die het bewind niet kende en ook niet hoefde te kennen kan zijn vordering op de rechthebbende verhalen (artikel 1:440 lid 1 BW).
Wat betekent dit in de praktijk?
- De rol van de beschermingsbewindvoerder in een schuldsaneringsprocedure.
- Wat staat vermeld in het komende register voor beschermingsbewinden (artikel 1:391 lid 1 BW)